Podcast #6: een podcast over podcasts

Podcast #6: een podcast over podcasts

In deze aflevering van de Savvy Ladies-podcast spraken we, in deze tijden van de anderhalvemetersamenleving, op afstand met Samira Salman, eigenaar van Eventgoodies over podcasts. Zij deelde met ons haar zoektocht naar de beste tool, spullen en natuurlijk tips.

Nu we niet fysiek bij elkaar kunnen komen vanwege de coronacrisis, moesten we een alternatieve oplossing bedenken. Die kwam van Samira, die al verder in de zoektocht was en ons Zencastr aanraadde. Met deze tool hebben we dan ook direct deze podcast opgenomen. Het werkte heel gemakkelijk en de gratis versie voldoet prima voor ons. Nog een voordeel wat Samira noemt: voor de genodigden is een account aanmaken niet nodig, wat het laagdrempelig maakt. En al met al scheelt het natuurlijk ook een hoop tijd omdat je niet naar elkaar toe hoeft te reizen. Mis je dan niet dat je elkaar niet de ogen kan kijken? Dat blijkt wel mee te vallen in de praktijk.

Waar moet ik op letten?

Iedereen pakt het maken van een podcast anders aan. Zo bereidt Samira haar podcast De Meeting Room voor door slechts een paar woorden op te schrijven als voorbereiding. Kim en ik bereiden meestal een semi-gestructureerd interview voor. Wat je kiest, heeft invloed op het eindresultaat dus de tip van Samira is dan ook: bedenk van te voren wat je wil bereiken met je gesprek en steek daar je podcast op in.

Andere tips:

  • Begin gewoon; je merkt gaandeweg wel wat er beter kan.
  • Bereid je podcast niet té goed voor als je wil dat ‘ie overkomt als een echt gesprek.
  • Wees eerlijk als je het even niet weet tijdens de opname.
  • Zorg voor een opnameplek waar je internetverbinding zo stabiel mogelijk is.
  • Maak gebruik van de postproductietool van Zencastr; tegen een kleine vergoeding combineren zij alle audiobestanden en egaliseren de boel.

Welke programma’s kun je gebruiken?

Samira gebruikt de tool Anchor om haar podcast te publiceren. Daarmee kun je ook podcasts opnemen. Dat werkt heel simpel en klonk goed, maar toch heeft ze verder gezocht. Toen kwam ze uit op Zencastr, die wij nu ook voor deze podcast gebruikt hebben. Daarmee heb je iets meer functionaliteiten. Nog een andere tool die ze heeft uitgeprobeerd, is de betaalde tool Riverside, maar die vond ze te uitgebreid.

Ook kwam good old Skype nog even aan bod. Dat heeft Samira ook bekeken; het bleek te veel gedoe opleveren, de kwaliteit tegen te vallen en bovendien: de tool is in feite niet bedoeld voor podcasten.

Welke materialen heb je nodig?

Samira deelde met ons de materialen die zij na een lange zoektocht heeft aangeschaft voor haar podcasts:

  • Opnameapparaat Zoom H4N (hier kun je ook oordopjes in doen)
  • Twee microfoons (dynamische zijn het beste, liefst met plopkap)
  • Tafelstatieven (lichtgewicht!)

Zij kocht deze spullen omdat ze merkte dat ze het heel belangrijk is om goed geluid te hebben en deze aankopen maken voor haar echt het verschil. Nabewerken van de audio doet ze in Audacity (betaald programma), omdat ze dit prettig vindt werken.

 

Meer weten?

Videobellen: het nieuwe normaal?

Videobellen: het nieuwe normaal?

Nu kantoorwerkers (bijna) allemaal verplicht thuiswerken vanwege de coronacrisis is vergaderen met geluid én beeld, videobellen, ineens een vanzelfsprekendheid geworden. Het adopteren van deze nieuwe gewoonte kon zo snel gaan omdat we er de afgelopen jaren al langzaam aan hebben kunnen wennen. Zet het nu definitief door, ook na de huidige pandemie?

Videobellen: vervagen van fysieke grenzen

Zelf ben ik eerlijk gezegd niet zo’n fan. Ik houd al niet van bellen, laat staan bellen met beeld. Het zweet breekt me soms uit (en dat blijkt niet eens zo gek)! Een beetje naar een wit opnamelampje staren als je je verhaal doet, steeds door elkaar praten en dan die irritante collega die even vergeet zijn geluid uit te zetten bij een ander gesprek tussendoor (hoezo heb je een ander gesprek tussendoor??). Maar goed, ik realiseer me ook dat dit nu eenmaal is wat we doen om de fysieke grenzen te doen vervagen, nu we allemaal thuiszitten. Het zal vast nog wel wennen, ook voor mij!

Videobelapps zijn hot!

In de media en op social media werd de afgelopen weken een hoop gezegd en geschreven over apps voor videobellen. Over apps die mateloos populair zijn en dan, oh oeps, niet zo veilig blijken te zijn omdat ze allerlei informatie naar Facebook sturen (dit gaat over Zoom). En dat vervolgens weer zeggen te herstellen. Over apps met beperkingen van het aantal mensen met wie je tegelijk kunt videobellen, apps met servers in allerlei landen behalve Nederland. Apps waar je een account voor moet hebben of juist niet.

Videobellen ineens vanzelfsprekend

Het grappige is dat we het niet eens hebben over dát we nu met z’n allen (oké, vooral de hoogopgeleide kantoorwerker) aan het videobellen zijn. Het is ineens gemeengoed bij heel veel meer mensen dan voorheen, ook voor contact met familie en vrienden. En dat is ook wel verklaarbaar. We hebben allemaal supertelefoons, goede kwaliteit laptops en dito beeldkwaliteit. We krijgen alsmaar sneller internet. De programma’s waarmee je kunt videobellen, zijn kinderlijk eenvoudig en dus snel te begrijpen en doen het ook nog eens goed. Oftewel, de omstandigheden zijn de afgelopen jaren gecreëerd om deze verandering mogelijk te maken.

Welke wordt de meest privacyvriendelijke?

Alle nieuwe technologische ontwikkelingen hebben ook altijd een schaduwzijde. Vaak gaat die schaduwzijde over privacy en veiligheid en dat is ook zo in het geval van videobellen. Waar gaan de gesprekken naartoe en wat gebeurt er met die data? Is mijn account en wachtwoord wel goed beveiligd tegen hacken? Daar laten veel van de videobeltools nog wel een steekje of twee vallen. Maar door de geuite kritiek gaan ze er ook snel mee aan de slag. Ze beseffen waarschijnlijk dat ze goud in handen hebben als ze de kritiek kunnen doen verstommen door hun tool te verbeteren. Wie het nu lukt om de videobeltool te hebben die echt iedereen gebruikt, zit de komende jaren gebakken. Vergelijk het met Whatsapp, waar mensen in feite niet meer zonder kunnen.

Welke moet ik kiezen?

Je hebt eigenlijk heel veel opties, al horen we in Nederland maar enkele vaak voorbijkomen. De site G2.com heeft een geweldig wereldwijd overzicht met bijbehorend schema gemaakt waarin alle opties een plek hebben op basis van de tevredenheid bij gebruikers en het marktaandeel. Rechtsboven bij de leiders zie je namen die je veel in Nederland hoort: Zoom, Skype, Microsoft Teams en Google. Andere namen die je bij ons veel hoort: Houseparty, Facetime, Jitsji en Whatsapp. Ik kwam één Nederlandse app tegen in mijn zoektocht: VC4ALL. Ik heb ‘m niet uitgeprobeerd, dus geen idee of het wat is, maar techjournalist Daniël Verlaan raadt ‘m aan.

video-conferencing grid

In de onderstaande video zie en hoor je wat de verschillen zijn tussen de meest besproken apps in Nederland!

Eigenlijk moet je natuurlijk – zeker als bedrijf – eerst goed onderzoek doen naar welk technisch hulpmiddel past bij de doelen die je hebt. Zodat je de juiste keuzes maakt. Mocht jij nou geen invloed hebben op die keuzes en toch met bijvoorbeeld de populaire app Zoom moeten werken, lees dan nog even deze tips van eff.org om je instellingen zo privacyproof mogelijk in te stellen!

Anderhalvemetersamenleving

Wat als we straks weer naar ons werk toe kunnen, gaan we dan vaker thuiswerken en daarbij ook vaker videobellen? Ik denk het wel. Het zou sowieso een oplossing zijn voor de gewenste anderhalvemetersamenleving dat we met minder mensen in een kantoorruimte zitten. Als dit een blijvertje is en het nieuwe normaal wordt, hoop ik maar dat videobellen voor mij nog gemakkelijker gaat worden!

Duurzaam delen groeit dankzij internettechnologie

Duurzaam delen groeit dankzij internettechnologie

Bedrijven die inspelen op de deeleconomie pakken het slim aan. Ze combineren deze langzaam opkomende trend met de technische mogelijkheden om een makelaarsfunctie te creëren in de vorm van een online platform. Tel uit je winst: je bouwt een mooi platform en je int een klein bedrag voor elk verhuur. En wij, de consumenten? Delen van je spullen kun je doen om nobele motieven, maar ook gewoon voor een extra zakcentje.

We lenen álles!

Vooral jongere generaties vinden materieel bezit steeds minder interessant en kiezen steeds vaker voor lenen van andere mensen in plaats van kopen van bedrijven. Natuurlijk lenen we al van oudsher boeken van de bibliotheek (om lekker te bingen) en ook een auto of scooter huren tijdens je vakantie is al vele jaren gemeengoed. Vakantiehuisjes gaan ook al langer mee maar Airbnb voor ieders ongebruikte zolderkamer is er pas sinds 2008. Maar relatief nieuw is het lenen van kleding, fietsen, auto’s en allerlei spullen die je maar één keer in zoveel tijd nodig hebt, zoals een hogedrukreiniger of een partytent. Het is ook nog nooit zo gemakkelijk om iets te lenen of uit te lenen.

Online platformen maken het ons gemakkelijk

Hoe pak je dat nou aan, als je iets wil lenen of iets uit te lenen hebt? Op die behoefte zijn online platformen ingesprongen. Denk aan bedrijven als Swapfiets, Snappcar, Peerby. Je meldt je er aan, en wat je wil lenen of uitlenen, heb je doorgaans met een paar klikken geregeld. Zelf heb ik al enige tijd ervaring met Peerby en onlangs ben ik gestart met het aanbieden van mijn auto via Snappcar. Voor die laatste waren trouwens nog wel meer dan een paar klikken nodig, maar daarover later meer.

Essentieel: gedeelde mindset en vertrouwen

In het algemeen geldt voor dit soort deelplatformen dat ze staan of vallen met twee elementen: een gedeelde mindset en vertrouwen. Als een platform te snel wil groeien, dan gaat het mis want het kost tijd om aan beide te werken. Het platform en haar gebruikers moeten vanuit een gezamenlijk uitgangspunt werken (bijvoorbeeld ‘wij vinden het fijn om te delen en daarmee een extraatje te verdienen’). Vertrouwen komt te voet en gaat te paard dus het is essentieel om ook daar zorgvuldig mee om te gaan. Denk aan: garanties inbouwen, zorgen voor beveiliging van gegevens, alles afdekken en de gebruikers van het platform checken op betrouwbaarheid. En natuurlijk: ons als gebruikers centraal stellen. Dat gaat niet altijd goed, blijkt uit het verhaal van een Swapfietser die dit jaar weer een eigen fiets heeft gekocht.

Belangeloos delen of geld verdienen?

Ik probeer steeds duurzamere keuzes te maken in mijn leven. Peerby heb ik al jaren als app op mijn telefoon. Ik leende eens een hogedrukreiniger en leende zelf een rugtas en campingtafel uit. Er gingen via Peerby geen bedragen over tafel. Tot een jaar of wat geleden toen je ineens ook geld kon verdienen aan het uitlenen van je spullen. Daarmee ging er voor mij een beetje van de charme af. Die rugzak ligt daar maar en als ik iemand daar nou blij mee maak, hoef ik daar toch geen geld voor? Een bedankje is meer dan genoeg! Het World Economic Forum constateert dat dit meer gebeurt in de deeleconomie:

The focus has shifted towards convenience, price and transactional efficiency: “community” as commodity.
Bron: WorldEconomic Forum

Maar goed, als je wil, kun je nog steeds lenen en uitlenen zonder transacties.

Case: ik deel mijn auto!

Ik zei al dat ik gestart ben met het uitlenen van mijn auto, via Snappcar. Met de gedachte dat het kan helpen bij het verminderen van het aantal auto’s op deze wereld. Mijn auto is nu acht jaar oud en heeft me een lieve duit gekost bij de aanschaf. Hij kost me in feite elke dag geld, of ik ‘m nu gebruik of niet (en ik gebruik ‘m eigenlijk erg weinig). Daarom vind ik het in dit geval wel fair om een bedrag te ontvangen voor het gebruik. Maar hoe vind ik betrouwbare, nette mensen die mijn auto wel willen gebruiken tegen een kleine vergoeding? Ik kwam uit bij Snappcar.

De kleine lettertjes lezen

Aanmelden bij Snappcar is zo gebeurd, maar voordat je daadwerkelijk aan de slag kan als verhuurder, moet je nog heel wat administratieve handelingen plegen. Zoals een kopie rijbewijs uploaden en geld storten. Vervolgens maak je je profiel in orde, bedenk je wat je wel en niet wil toestaan in je auto (bijvoorbeeld roken, kinderen of buitenlandbezoek) en upload je foto’s van je auto en de huidige schade. En dan is het wachten op je eerste verhuurder. Die liet na twee weken van zich horen en wilde zijn vrouw met mijn auto laten rijden. Ik kreeg dus gelijk te maken met een bijzonder geval waardoor ik me moest verdiepen in alle voorwaarden en regels van Snappcar – en dat zijn er behoorlijk wat. Dat schept vertrouwen, maar is ook uitzoekwerk en geeft toch onzekerheid. Want je weet ook dat zo’n bedrijf zich zo goed mogelijk indekt en jij in principe de sjaak bent als er iets misgaat. Dus nauwgezet aan de spelregels houden, kan ik je aanraden.

De kop is eraf

Vervolgens heb ik een afspraak voor sleuteloverdracht gemaakt. Dat komt er bij autodelen ook nog bij, van die praktische regeldingen. Bij die overdracht moet je in de app vervolgens de kilometerstand en het rijbewijsnummer van de verhuurder invoeren (‘inchecken’) en dan kan het verhuurfeest beginnen. De auto was door Snappcar verzekerd gedurende de huurperiode. De vrouw die mijn auto huurde, zag mijn zenuwen over mijn eerste verhuur en beloofde me zuinig met mijn auto om te gaan en mij een berichtje te sturen als hij weer veilig op zijn plek stond. Heel fijn! En het was superaardige vrouw, dat hielp ook. Uiteindelijk ging alles helemaal goed, ik kreeg van Snappcar wat geld op mijn rekening. De kop is er nu af. De volgende verhuur is vast minder spannend.

Bijdragen aan duurzame levensstijl

Alles heeft voor- en nadelen, ook deze nieuwe deeleconomie, geholpen door internettechnologie. Steeds meer mensen kiezen voor een duurzame levensstijl. Daar past de keuze om spullen te lenen en uit te lenen perfect bij in plaats van alles maar te kopen. Verder is er ook een financieel voordeel voor zowel de lener (het is goedkoper dan zelf iets te kopen) en de uitlener (een extra zakcentje terwijl het item al in je bezit is).

Nog te weinig controle en veel geregel

Nadelen zijn dat het nog een beetje het wilde westen is; de overheid heeft geen bemoeienis met initiatiefnemers, tot het moment dat ze wel moet. Zoals in het geval van Airbnb dat uit de hand dreigde te lopen in bijvoorbeeld Amsterdam. Ik merkte zelf dat ik de vertrouwenskwestie heel belangrijk vind en dit is nu pas een klein beetje gegroeid. Je moet je buren vertrouwen die jouw auto lenen (gaan ze geen overval plegen met jouw auto?), je moet de bemiddelaar vertrouwen dat ‘ie de afspraken nakomt (krijg ik schade vergoed?) en goed en veilig met jouw gegevens omgaat. En daarbij is het ook nog best een geregel, bijvoorbeeld om met de lener af te spreken voor ophalen en brengen.

Al met al blijf ik doorgaan met uitlenen van mijn auto via Snappcar en ik zal ook weer eens wat vaker in de Peerby-app kijken of ik iemand ergens mee kan helpen. Samen maken we de wereld een stukje mooier!

Bingen voor alles, ook boeken (?)

Bingen voor alles, ook boeken (?)

Bingen, sinds de komst van Netflix in Nederland, dé natte droom van elke uitgever. Oorspronkelijk voor het in één ruk uitkijken van series. Je ziet het B-woord nu ook opduiken voor lezen. Maar gaat dat werken? Nog oorspronkelijker staat bingen voor je halfdood drinken of eten. Of netter gezegd: de onmatige consumptie van drank of voedsel.

Bingen door goede cliffhangers

Goede series zijn, als het goed is, verslavend. Met een cliffhanger aan het eind van elk deel. Dat geldt niet alleen voor tv-series maar ook voor boeken. Je neemt je voor om 1 aflevering te kijken of hoofdstuk te lezen. En voor je het weet, ben je een paar uur later bij aflevering of hoofdstuk zoveel. Dat is wat een knaller van een cliffhanger met ons doet. Je. moet. NU. weten. hoe. het. afloopt. Als je wilt weten hoe het komt dat je steeds verder wilt kijken, lees dan Hooked van Nir Eyal (of een eerdere Weekly Mints waarin ik het proces kort beschreef). Dit is hét handboek voor hoe bedrijven als Netflix en Facebook je verslaafd (hooked) maken. Of hoe je van gebruik een gewoonte maakt. Dat klinkt wat aardiger dan verslaafd.

Hoe nieuw is bingen eigenlijk?

Vroeger heette bingen volgens mij ‘gewoon’ marathonkijken, dan sprak je af met vrienden om bij iemand thuis een aantal films achter elkaar te kijken. Volgens mij hoefde het niet eens een bepaalde serie te zijn. Of wat denk je van nog verder terug. Het feuilleton?

Meegaan in het ritme van de consument

Ook uitgevers van boeken hoor je er tegenwoordig over, deze heilige graal. De consument wil steeds sneller en meer (bingen dus) en daar moet je in meegaan. Meegaan in het ritme van de consument las ik laatst ergens. Voor de schrijvers, de makers (of zo je wilt: leveranciers) van de inhoud, lijkt mij dit een ondoenlijke klus. Meer dan één boek per jaar schrijven. #hoedan?

Verslingerd aan lezen

Van jongs af aan verslond ik al boeken. Daar zaten ook veel van dezelfde schrijvers tussen, of misschien wel van dezelfde uitgever (ik was lid van de Lemniscaatclub). Dick Bruna voor de eerste ‘zelf lezen!’-boekjes. Daarna Evert Hartman, Thea Beckman, Jan Terlouw en Roald Dahl. Ik kon er geen genoeg van krijgen. Nog later kwam Harry Potter, waarvoor ik zelfs een tentamen uitstelde. Ik moest namelijk weten hoe het afliep. Dit waren overigens allemaal boeken, series of niet, waarbij je geduldig moest wachten tot de volgende uitkwam. Op dit moment ben ik verslingerd aan de thrillerserie van Angela Mason waarin Kim Stone de hoofdpersoon is. Het begon door een sneak preview op boekensite Hebban van de Nederlandse vertaling van het eerste boek uit de serie: Stille Schreeuw. En als je er dan achter komt dat de hele serie in het Engels voor weinig als ebook te koop is, tja…. Vrees dat ik zelf mijn hele lezende leven een binger ben, zonder het te weten.

Gaat bingen ons redden van de ontlezing?

Op KVBBoek zijn interessante cijfers te vinden over ons leesgedrag. Hoopvol vind ik dat 93% van de lezers tenminste 1 boek heeft gelezen in de afgelopen 12 maanden. Ook de leesfrequentie neemt toe. 33% van de lezers leest iedere dag een boek ten opzichte van 30% een jaar ervoor. En luisterboeken? Die worden zelfs populairder. Dat aantal steeg van 12% in 2017 naar 18% in 2019. En bijna de helft van de luisteraars is jonger dan 35. Hup voor het boek! Hou die stijgende lijn vast en zorg ervoor dat iedereen van lezen een gewoonte maakt. Maak heel Nederland verslaafd aan (luister)lezen.

Lezen is goed voor je!

De Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlands Boek (CPNB) presenteerde in maart 2019 ‘De impact van het boek’. Een onderzoek, of studie zoals zij het zelf noemen, gedaan door drie bureaus in opdracht van KVB Boekwerk. Misschien een beetje in de categorie “Wij van WC-eend…”. Evengoed is het een positief en hoopvol rapport. Lezen is goed voor mens en samenleving. Amen. Ze vatten de de studie zelf als volgt samen:

Lezers hebben een positiever zelfbeeld en zijn competentere werknemers. Lezen is goed voor de samenleving: lezers hebben minder vooroordelen en kijken meer om naar de ander. Boekhandels vergroten de leefbaarheid in hun buurt. Andere winkels profiteren van de iconische en culturele status van de boekhandel. De toegevoegde waarde van het boekenvak aan de Nederlandse economie is zo’n kwart miljard, met een omzet van een half miljard.

Nog ééntje dan

Een goede serie is nooit weg, of het nu een televisie- of boekenserie is. Je bent gewoon fan. Je wilt alles lezen en zien. Of dat nu het B-predicaat heeft of niet.

 

Photo by Skyler Gerald on Unsplash

Onze naïviteit online is voer voor datawolven

Onze naïviteit online is voer voor datawolven

We delen, in al onze naïviteit, wat af online. Ondertussen komen er steeds meer bedrijven bij die daar gretig gebruik/misbruik van maken: ik noem ze datawolven. Soms hebben ze schaapskleren aan en lijkt het allemaal prachtig en nobel, maar uiteindelijk erop uit om geld te verdienen met onze data. Wat zijn daar de risico’s van? Wat doet Europa ertegen?

We vinden het de normaalste zaak van de wereld: online foto’s van jezelf delen. Of dat nou foto’s van een bezoek aan vrienden is, vanaf je vakantieadres of een selfie omdat je haar vandaag fantastisch goed gelukt is. Je deelt die foto’s op social media, zodat al jouw vrienden en volgers je een like kunnen geven of reactie dat je haar inderdaad erg goed zit vandaag.

Ondertussen gaan technologische ontwikkelingen door en kunnen die foto’s wel eens op meer plekken terechtkomen dan je bij het plaatsen bedacht had. Het bedrijf Clearview AI heeft software ontwikkeld waarmee ze tot nu toe 3 miljard openbaar geplaatste foto’s van internet en met name socialmediakanalen hebben binnengehaald: een datawolf. Dikke kans dat jouw selfie daar ook bij zit. De vraag is: is dat erg?

Nobel bedrijf?

Op het eerste gezicht lijkt Clearview de beste intenties te hebben door het gebruik van hun database exclusief te verkopen aan een groot aantal politieorganisaties in de Verenigde Staten en Canada. Zo zou de database geholpen hebben bij het opsporen van slachtoffers van kindermisbruik en het oppakken van een terrorist. Dat klinkt als een nobel bedrijf! Op hun website lees je dat

‘Clearview helps to exonerate the innocent, identify victims of child sexual abuse and other crimes, and avoid eyewitness lineups that are prone to human error’.

Wie controleert?

Ondanks die goede intenties, wie controleert dit bedrijf dat met deze database veel macht in handen heeft? Dat hun software geen fouten maakt en daardoor onschuldigen de dupe worden? Dat ze die data niet stiekem ook doorverkopen aan commerciële partijen (Cambridge Analytica leek ook nobele motieven te hebben)? Dat ze hun data niet laten inzetten voor surveilleren in de publieke ruimte? Dat ze hun veiligheid goed op orde hebben zodat hackers niet bij de foto’s kunnen? Nou, niemand. Ik krijg hier Black Mirror-bibbers van!

In strijd met gebruiksvoorwaarden

Clearview zegt dat het hun recht is om openbare informatie van internet af te halen. Maar het blijkt in strijd met de gebruiksvoorwaarden van veel internetbedrijven, zoals Google, Twitter, LinkedIn en Facebook. Ze hebben het bedrijf dan ook via een (dwang)brief gevraagd om het verzamelen van foto’s te stoppen. De vraag is nu wat de volgende stap is van deze bedrijven doen als Clearview er niet mee stopt, waar het naar uitziet. Slepen ze Clearview voor de rechter? Zo ja, dan denkt de CEO van Clearview het recht aan zijn kant te hebben.

Het recht op vergetelheid?

Eenmaal geposte en bij Clearview verzamelde foto’s verdwijnen niet uit het systeem als jij je foto van je profiel verwijdert. Het bedrijf zegt nu te werken aan een tool waarmee je een verzoek kunt indienen om jouw foto te laten verwijderen. Ja, ja. Je privacy is van geen belang voor dit bedrijf en dat is niet cool.

Ook Europese landen hebben interesse

Nobel gedrag van een bedrijf gaat vaak maar tot zover; uiteindelijk moet er natuurlijk ook geld verdiend worden. Er lijken aanwijzingen te zijn dat Clearview ook contacten heeft met landen als de Verenigde Arabische Emiraten, Qatar en Singapore. Nou niet per se landen die privacy van burgers hoog in het vaandel hebben. Ook Nederland komt in het lijstje landen voor waar het bedrijf contact mee heeft. En dat terwijl we in Europa toch relatief strenge privacywetgeving hebben met de GDPR. Hoe kan dit?

Europa vecht terug, maar langzaam

Doet Europa niks tegen dit soort praktijken? Jawel, maar dat gaat natuurlijk niet in een moordend tempo. Er schijnt een document in de maak te zijn waarin de Europese Commissie gezichtsherkenning in de publieke ruimte voor de komende drie tot vijf jaar verbiedt, zodat er ondertussen een goede methodiek kan worden ontwikkeld om de impact van deze technologie in te schatten en mogelijke risicomaatregelen genomen kunnen worden. Heel mooi, maar ondertussen maken al veel landen gebruik van gezichtsherkenning en loopt Europa dus achter de feiten aan.

Update 12-2: helaas heeft de EC het idee van het verbieden van gezichtsherkenning alweer laten varen. Zonde!

Ondertussen kan het voor jou geen kwaad om goed te bedenken wat je deelt online. Voor je het weet gaan datawolven ermee aan de haal!

Blockchain: de technologie die onze privacy gaat redden

Blockchain: de technologie die onze privacy gaat redden

Blockchaintechnologie: langzaamaan sijpelt het woord binnen in onze alledaagse levens. Steeds vaker komt het onderwerp voorbij op de mainstreamtelevisie. In de Savvy Ladies-podcast over de Nieuwe Waarheid kwam het onderwerp ter sprake dus tijd voor uitleg.

Misschien heb je het net als ik nog meegemaakt: de intrede van het Internet (toen nog met hoofdletter) in ons leven (vanaf 1993). Voortaan was contact met mensen over de hele wereld in een muisklik geregeld. ICQ, IRC, wie die afkortingen iets zegt, is minstens even oud als ik.

‘Je maakt er gewoon gebruik van’

Maar ga er maar eens aanstaan om iemand uit te leggen wat internet precies is. Iets met aan elkaar verbonden computers en servers enzo. Niet te doen. Want wij merken alleen dát het er is. Je maakt er gewoon gebruik van. Jongeren van nu die zijn geboren in het internettijdperk weten niet beter of er is internet. Ik denk niet dat zij heel lang nadenken over hoe het werkt.

Betrouwbaar informatie uitwisselen

En nu is blockchaintechnologie in opmars. Dat is net zo goed niet gemakkelijk uit te leggen, al doen sommige mensen wel een poging (hier een 1-minuutfilmpje). In dit blog leg ik uit wat het is aan de hand van wat je kunt met blockchaintechnologie. Het resultaat is namelijk dat je betrouwbaar informatie kunt uitwisselen. De informatie die we via dit systeem uitwisselen, is openbaar in te zien, maar dan wel versleuteld. In plaats van centrale controle-instanties van bijvoorbeeld de overheid, controleert een gigantische zwerm aan computers samen het systeem op correctheid. Wij zijn samen het sterke netwerk, gedecentraliseerd en zonder sturing van bovenaf.

Oké, dat klinkt misschien nog wat vaag. Daarom een paar voorbeelden van hoe je blockchaintechnologie kunt gebruiken. Wil je nog meer voorbeelden? Lees dan het artikel van NOS op 3 over blockchain: over het ruilen van energie, verkoop van concertkaartjes en investeren en verhuren van huizen.

Wissel zorginformatie uit

Een al verder uitgewerkt voorbeeld is Mijn Zorg Log. Zorginstituut Nederland heeft een app ontwikkeld waarmee via blockchaintechnologie gegevens uitgewisseld worden tussen patiënt en zorgverleners. Daarbij heeft de patiënt zeggenschap over wie welke gegevens te zien krijgt. Het is nog maar een pilot, maar wel veelbelovend!

Identificeer de vluchteling

Vluchtelingen die zonder identiteitspapieren hun land ontvluchten, zijn lastig te registreren in het land waar ze asiel aanvragen. Via het blockchainsysteem kun je een nieuwe identiteit aanmaken waarmee ze toch een bankrekening kunnen openen en een leven kunnen opbouwen.

Label je donatie

Stel, je wilt geld doneren aan een goed doel, maar alleen aan dat ene waterproject in Kenia. Via het blockchainsysteem kun je er dan voor zorgen dat jouw centen gelabeld worden en alleen daaraan uitgegeven kunnen worden. Het goede doel kan er niet omheen.

Compleet nieuw systeem

Blockchaintechnologie is dus eigenlijk een compleet nieuw systeem dat niet past op hoe we de processen in onze samenleving nu geregeld hebben. Een organisatiemodel dat zorgt voor meer transparantie. Want alhoewel je persoonsgegevens privé zijn, zijn de transacties die je doet, openbaar in te zien. Tussenpersonen, zoals banken die voor jou regelen dat je geld naar iemand kunt overmaken, zijn irrelevant in dit systeem, want het systeem regelt die controle zelf. Het zal nog wel even duren voor de genoemde voorbeelden waarheid worden. De andere optie is een nieuw proces bedenken dat al past op het blockchainsysteem. Dat deed de bedenker van de bitcoin.

Bitcoins: uitwisselen van valuta

De bitcoin is een volledig digitaal betaalmiddel en er is geen bank die het beheer erover heeft. De anonieme bedenker bedacht dit ten tijde van de kredietcrisis (met daarin de hoofdrol voor banken), die van 2007 tot in 2011 duurde. Hij of zij wilde zonder banken valuta kunnen uitwisselen en zag dat het blockchainsysteem de oplossing was. Je verstuurt je bitcoins van persoon tot persoon. Vergelijkbaar met peer-to-peer-netwerken waar je (al dan niet illegaal) muziek, films of andere bestanden kunt uitwisselen. Maar dan met bitcoins. Hier een uitleg van 1,5 minuut:

Ongelooflijk maar waar: een Nederlandse familie gelooft zo heilig in de bitcoin, dat ze al hun bezittingen hebben verkocht en geïnvesteerd in bitcoins. In de hoop dat ze van de stijgende waarde en het handelen in deze digitale valuta kunnen leven. De man des huizes verklaart de verkoop als een soort antikapitalistische stap (‘zoveel spullen heb je gewoon niet nodig’) maar vermengt het tegelijkertijd met een juist kapitalistisch handelen in valuta. Dat is namelijk waar hij het brood mee verdient dat nog wel op de opklaptafel van hun stacaravan moet komen. Klonk wat tegenstrijdig, maar kijk en luister vooral zelf:

Blockchaintechnologie: de gewone mens aan de macht

Gaat blockchaintechnologie ons vooruit helpen? Ik denk van wel. In deze tijden van de Big Five (nee, niet dat Afrikaanse wild) die alles van je weten, de ongekende hoeveelheden data die ze ter beschikking hebben, je privacy die met de dag afbrokkelt, heb ik wel behoefte aan een technologie waarbij ík kan bepalen wie wat van mij te zien krijgt. De gewone mens krijgt de zeggenschap over zijn persoonlijke gegevens weer terug! Dus kom maar op met die blockchain-apps!

Luister onze podcast over de Nieuwe Waarheid met Peter van der Graaf, waarin we het ook kort over blockchaintechnologie hebben als oplossing voor de problemen waar we nu voor staan.

Fotocredits: Berkshire Community College