Welke alternatieve socialmediakanalen zijn er als je de censuur op Twitter en Facebook zat bent?

Welke alternatieve socialmediakanalen zijn er als je de censuur op Twitter en Facebook zat bent?

Grote socialmediakanalen als Facebook, Instagram en Twitter besloten onlangs (o.a.) president Trump te verbannen van hun kanalen met als reden dat hij niet aan hun huisregels voldoet. Steeds meer mensen melden zich aan bij alternatieve socialmediakanalen. Welke zijn dit en wat kenmerkt ze?

Tot voor kort was Twitter het perfecte communicatiekanaal voor Trump. Hij is niet de enige die gecensureerd en uiteindelijk verbannen is (van veel meer platforms dan alleen Twitter en Facebook); veel berichten en accounts die nepnieuws of haat verspreidden, werden het afgelopen jaar aangepakt door de big tech. Veel mensen vinden iets van deze beslissingen; je vindt ze in het kamp ‘terecht, hadden ze al eerder moeten doen’ of in het kamp ‘onterecht, het is censuur en nog selectief ook’. De Duitse Bondskanselier Angela Merkel liet onlangs weten in het kamp ‘onterecht’ te zitten en wil de verbanning van Trump op Twitter rechterlijk laten toetsen. Mijn mening? Ik vind het terecht dat berichten en accounts die zich niet aan de huisregels houden, verwijderd worden, maar ik vind ook dat ze dat consequent moeten doen. En daar worstelen de grote socialmediakanalen nogal mee, het lijkt onbegonnen werk. Overheidsregulatie zou een hoop problemen oplossen naar mijn idee.

Mensen uit het kamp ‘onterecht’ zoeken nu in grote getale hun heil bij alternatieven voor Twitter en Facebook: Parler, Gab, MeWe, BitChute, Rumble zijn daar een paar van. Maar daarover later meer.

Maatschappelijke verantwoordelijkheid

Socialmediabedrijven die zo groot zijn als bijvoorbeeld Facebook, met heel veel gebruikers (2,7 miljard wereldwijd) en nog meer berichten, hebben wat mij betreft ook een bepaalde maatschappelijke verantwoordelijkheid. Wat zij met hun bedrijf wel en niet doen, heeft impact op onze samenleving. Welke huisregels hanteren ze om de vrede te bewaren? En handhaven ze die ook consequent? Overheden oefenen daarom ook druk uit op die bedrijven om berichten met nepnieuws, haat, bedreiging, racisme en pesterijen van hun platforms te verwijderen. Die verantwoordelijkheid voelen Facebook-eigenaar Mark Zuckerberg en de zijnen kennelijk steeds meer, gezien de recente acties die ze ondernomen hebben.

Maatregelen van de big tech

Al eerder in 2020 werd Twitter steeds alerter op nepnieuws. Het bedrijf kondigde in oktober 2020 aan (tijdelijke) maatregelen te nemen tegen de verspreiding van misinformatie. Dit in het kader van de komende Amerikaanse verkiezingen. Zo kon je niet meer zo snel iets retweeten als ervoor. Ook voegde Twitter meldingen toe aan tweets van Trump over de Amerikaanse verkiezingen die feitelijke onjuistheden bevatten. Sommige tweets verdwenen helemaal. Ook accounts die misinformatie publiceerden, werden uit de lucht gehaald. Na de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021 en de berichten die Trump daarover verspreidde, was de maat vol voor Twitter en werd het complete account verwijderd.

Zuckerberg besloot op 7 januari 2021 dat Trump in elk geval twee weken zijn Facebook- en Instagram-account niet mag gebruiken en is net als Twitter ook al een tijd bezig om misinformatie te labelen en/of te verwijderen. Net als Twitter wordt als reden opgegeven het oproepen tot geweld door Trump. Ook YouTube (eigenaar: Google/Alphabet) heeft in december nieuw beleid ingevoerd over misinformatie over de verkiezingen (dus niet per se over andere misinformatie).

Natuurlijk kun je het erover hebben of deze big tech-bedrijven hiermee de juiste stappen hebben gezet. Superinteressant, maar voer voor een apart blog.

Nog meer polarisatie

Gevolg van de stappen: mensen die het onterecht vinden, verhuizen naar andere kanalen, waar ze in hun eigen bubbel kunnen delen wat ze willen zonder gecensureerd te worden. Zoek maar eens op Twitter naar berichten met ‘parler’. Gevolg daarvan: nog meer polarisatie, want we zien steeds minder van de bubbel van de ander waardoor we ons ook steeds minder kunnen inleven in elkaar. En dat blijft niet beperkt tot de online wereld, hebben we in Washington DC gezien.

Snelle groei van alternatieve kanalen

Maar goed, dit is helaas wat er nu gebeurt. Die alternatieve socialmediakanalen hebben de afgelopen periode hun ledenaantallen enorm zien groeien. Vergeleken met de grote reuzen Facebook (1,8 miljard dagelijkse gebruikers), Instagram en Twitter (klein reusje met 187 miljoen dagelijkse gebruikers) zijn het nog maar kleine spelers. Om dit even te visualiseren, maakte ik dit grafiekje met de meest recente cijfers die ik kon vinden:

histogram aantal leden social media 2020

Lage cijfers dus, maar de groei van die kleintjes gaat hard. En kleine jongens kunnen helaas wel grote negatieve impact hebben.

Omdat bij mij Parler en de andere namen nog weinig bekend waren, ben ik op zoek gegaan naar informatie: wat zijn het voor kanalen, waar staan ze voor, wat zijn de verschillen met de grote socialmediakanalen? Parler (niet: Parlor) bleek de bekendste van het stel en daar ga ik zo uitgebreider op in, maar ik begin eerst even bij de kleinere spelers.

Gab

Gab bestaat al sinds 2017 en staat voor free speech at all cost. De reden van oprichting: bestaande socialmediakanalen zijn te links en berichten van rechtse mensen worden ten onrechte verwijderd. In 2019 kwamen er veel nieuwe leden bij, toen het kanaal 8chan offline ging. Gab staat net als 8chan bekend om de aanwezigheid van neonazi’s, alt-right (extreemrechts) en ‘witte superieuren’. Geld verdienen ze met abonnementen en donaties. Volgens Fox Business had Gab in april 2020 3,7 miljoen maandelijkse bezoekers. En recentelijk melden zich weer veel nieuwe leden zich aan, volgens Gab zelf. Je kunt de app niet downloaden in de appstores van Google en Apple. Op de website kun je net als op Twitter op zoek naar mensen en berichten die in een tijdlijn verschijnen. En ja, er zijn huisregels. Maar ja.

MeWe

Volgens Mashable is MeWe de concurrent van Parler, waar ik het hierna over heb. MeWe zegt te staan voor privacy van de gebruikers en advertentievrij te zijn en blijven. Het is dus niet speciaal opgericht voor conservatieven of voor politieke berichtgeving. Op het kanaal zijn vreemd genoeg voor veel bekende mensen (Amerikanen, zoals Donald Trump) accounts aangemaakt. Het is qua uiterlijk en functionaliteit meer zoals Facebook. Inkomsten halen ze uit abonnementsgelden. Het platform zegt misinformatie niet te censureren en dat maakt het een aantrekkelijk platform voor wie dat wel graag doet. Opvallend is dat veel mensen uit Hong Kong zich in 2020 aansloten. In 2020 had MeWe naar eigen zeggen 10 miljoen gebruikers.

Rumble en BitChute

Rumble en het Britse BitChute zijn video-apps die je kunt zien als alternatieven voor YouTube, die veel/veel te weinig (streep door wat voor jou niet van toepassing is) video’s offline haalt vanwege overtreden van de huisregels. Deze twee spelers zeggen dat je bij hen wél alles mag zeggen. Maar toch hebben ook zij huisregels. BitChute zou in april 20 miljoen unieke bezoekers hebben. Rumble zei in november dat zo’n 75-90 miljoen mensen maandelijks een video bekijken.

Parler

In Nederland is in 2021 de bekendste van de genoemde alternatieve socialmediakanalen Parler, met 10 miljoen leden in november 2020 en 4 miljoen actieve gebruikers. Parler noemt zichzelf unbiased en een plek voor free speech. Het platform is gemaakt en gefinancierd door Amerikaanse conservatieven. Ik heb me er – de dag vóór het uit de lucht ging – aangemeld om eens met eigen ogen te zien wat het is. Het lijkt best wel op Twitter met korte berichten van allerlei mensen die je gewoon kunt lezen (met een account). Je kunt de taal zelfs op Nederlands instellen en er zijn ook Nederlandse politici lid, bijvoorbeeld Thierry Baudet.

screenshot van tijdlijn op parler.com

Thuishonk van conservatieven

Het aantal downloads van de app is sinds de Amerikaanse verkiezingen (november 2020) enorm, met toen bijna 1 miljoen nieuwe downloads. Mashable zegt dat deze populariteit al in de zomer begon, toen Twitter en Facebook steeds vaker berichten als desinformatie labelden. Volgens The Verge begon het met invloedrijke conservatieve socialmediapersoonlijkheden die opriepen over te stappen wegens het ‘censuurbeleid’ van Twitter en Facebook. Het is dan ook een kanaal waar vooral conservatief, rechtsgeoriënteerd en populistisch gedachtengoed en ook ‘alternatieve waarheden’ gedeeld worden. En het handhaven van de huisregels (die er wel degelijk zijn) niet hoog op het prioriteitenlijstje staat van de eigenaar.

screenshot van parler.com

De vraag is hoe lang het leven van Parler nog is, nu Apple en Google de app uit hun appstore weghalen en Amazon de webhosting opzegt. Ach, misschien is het vooral goed voor hun imago om dat te doen. Overigens bleek de website parler.com technisch niet best in elkaar te zitten; een hacker was in staat om alle gepubliceerde berichten van de site te schrapen voordat deze offline ging, dus ook alle berichten op de beruchte 6 januari, de dag van de bestorming van Capitol Hill. Handig voor de FBI.

Waar gaat dit naartoe?

Het zijn interessante tijden als je van een afstandje kijkt naar de acties die grote socialmediabedrijven nemen en hoe hierop gereageerd wordt. Maar ook overheden worden zich steeds meer bewust van hún rol in de regulatie van de online wereld. Waar dit allemaal toe gaat leiden, is nog onduidelijk.

Maar vertel, hoe zie jij de toekomst van social media?

 

 

 

 

 

Duurzaam delen groeit dankzij internettechnologie

Duurzaam delen groeit dankzij internettechnologie

Bedrijven die inspelen op de deeleconomie pakken het slim aan. Ze combineren deze langzaam opkomende trend met de technische mogelijkheden om een makelaarsfunctie te creëren in de vorm van een online platform. Tel uit je winst: je bouwt een mooi platform en je int een klein bedrag voor elk verhuur. En wij, de consumenten? Delen van je spullen kun je doen om nobele motieven, maar ook gewoon voor een extra zakcentje.

We lenen álles!

Vooral jongere generaties vinden materieel bezit steeds minder interessant en kiezen steeds vaker voor lenen van andere mensen in plaats van kopen van bedrijven. Natuurlijk lenen we al van oudsher boeken van de bibliotheek (om lekker te bingen) en ook een auto of scooter huren tijdens je vakantie is al vele jaren gemeengoed. Vakantiehuisjes gaan ook al langer mee maar Airbnb voor ieders ongebruikte zolderkamer is er pas sinds 2008. Maar relatief nieuw is het lenen van kleding, fietsen, auto’s en allerlei spullen die je maar één keer in zoveel tijd nodig hebt, zoals een hogedrukreiniger of een partytent. Het is ook nog nooit zo gemakkelijk om iets te lenen of uit te lenen.

Online platformen maken het ons gemakkelijk

Hoe pak je dat nou aan, als je iets wil lenen of iets uit te lenen hebt? Op die behoefte zijn online platformen ingesprongen. Denk aan bedrijven als Swapfiets, Snappcar, Peerby. Je meldt je er aan, en wat je wil lenen of uitlenen, heb je doorgaans met een paar klikken geregeld. Zelf heb ik al enige tijd ervaring met Peerby en onlangs ben ik gestart met het aanbieden van mijn auto via Snappcar. Voor die laatste waren trouwens nog wel meer dan een paar klikken nodig, maar daarover later meer.

Essentieel: gedeelde mindset en vertrouwen

In het algemeen geldt voor dit soort deelplatformen dat ze staan of vallen met twee elementen: een gedeelde mindset en vertrouwen. Als een platform te snel wil groeien, dan gaat het mis want het kost tijd om aan beide te werken. Het platform en haar gebruikers moeten vanuit een gezamenlijk uitgangspunt werken (bijvoorbeeld ‘wij vinden het fijn om te delen en daarmee een extraatje te verdienen’). Vertrouwen komt te voet en gaat te paard dus het is essentieel om ook daar zorgvuldig mee om te gaan. Denk aan: garanties inbouwen, zorgen voor beveiliging van gegevens, alles afdekken en de gebruikers van het platform checken op betrouwbaarheid. En natuurlijk: ons als gebruikers centraal stellen. Dat gaat niet altijd goed, blijkt uit het verhaal van een Swapfietser die dit jaar weer een eigen fiets heeft gekocht.

Belangeloos delen of geld verdienen?

Ik probeer steeds duurzamere keuzes te maken in mijn leven. Peerby heb ik al jaren als app op mijn telefoon. Ik leende eens een hogedrukreiniger en leende zelf een rugtas en campingtafel uit. Er gingen via Peerby geen bedragen over tafel. Tot een jaar of wat geleden toen je ineens ook geld kon verdienen aan het uitlenen van je spullen. Daarmee ging er voor mij een beetje van de charme af. Die rugzak ligt daar maar en als ik iemand daar nou blij mee maak, hoef ik daar toch geen geld voor? Een bedankje is meer dan genoeg! Het World Economic Forum constateert dat dit meer gebeurt in de deeleconomie:

The focus has shifted towards convenience, price and transactional efficiency: “community” as commodity.
Bron: WorldEconomic Forum

Maar goed, als je wil, kun je nog steeds lenen en uitlenen zonder transacties.

Case: ik deel mijn auto!

Ik zei al dat ik gestart ben met het uitlenen van mijn auto, via Snappcar. Met de gedachte dat het kan helpen bij het verminderen van het aantal auto’s op deze wereld. Mijn auto is nu acht jaar oud en heeft me een lieve duit gekost bij de aanschaf. Hij kost me in feite elke dag geld, of ik ‘m nu gebruik of niet (en ik gebruik ‘m eigenlijk erg weinig). Daarom vind ik het in dit geval wel fair om een bedrag te ontvangen voor het gebruik. Maar hoe vind ik betrouwbare, nette mensen die mijn auto wel willen gebruiken tegen een kleine vergoeding? Ik kwam uit bij Snappcar.

De kleine lettertjes lezen

Aanmelden bij Snappcar is zo gebeurd, maar voordat je daadwerkelijk aan de slag kan als verhuurder, moet je nog heel wat administratieve handelingen plegen. Zoals een kopie rijbewijs uploaden en geld storten. Vervolgens maak je je profiel in orde, bedenk je wat je wel en niet wil toestaan in je auto (bijvoorbeeld roken, kinderen of buitenlandbezoek) en upload je foto’s van je auto en de huidige schade. En dan is het wachten op je eerste verhuurder. Die liet na twee weken van zich horen en wilde zijn vrouw met mijn auto laten rijden. Ik kreeg dus gelijk te maken met een bijzonder geval waardoor ik me moest verdiepen in alle voorwaarden en regels van Snappcar – en dat zijn er behoorlijk wat. Dat schept vertrouwen, maar is ook uitzoekwerk en geeft toch onzekerheid. Want je weet ook dat zo’n bedrijf zich zo goed mogelijk indekt en jij in principe de sjaak bent als er iets misgaat. Dus nauwgezet aan de spelregels houden, kan ik je aanraden.

De kop is eraf

Vervolgens heb ik een afspraak voor sleuteloverdracht gemaakt. Dat komt er bij autodelen ook nog bij, van die praktische regeldingen. Bij die overdracht moet je in de app vervolgens de kilometerstand en het rijbewijsnummer van de verhuurder invoeren (‘inchecken’) en dan kan het verhuurfeest beginnen. De auto was door Snappcar verzekerd gedurende de huurperiode. De vrouw die mijn auto huurde, zag mijn zenuwen over mijn eerste verhuur en beloofde me zuinig met mijn auto om te gaan en mij een berichtje te sturen als hij weer veilig op zijn plek stond. Heel fijn! En het was superaardige vrouw, dat hielp ook. Uiteindelijk ging alles helemaal goed, ik kreeg van Snappcar wat geld op mijn rekening. De kop is er nu af. De volgende verhuur is vast minder spannend.

Bijdragen aan duurzame levensstijl

Alles heeft voor- en nadelen, ook deze nieuwe deeleconomie, geholpen door internettechnologie. Steeds meer mensen kiezen voor een duurzame levensstijl. Daar past de keuze om spullen te lenen en uit te lenen perfect bij in plaats van alles maar te kopen. Verder is er ook een financieel voordeel voor zowel de lener (het is goedkoper dan zelf iets te kopen) en de uitlener (een extra zakcentje terwijl het item al in je bezit is).

Nog te weinig controle en veel geregel

Nadelen zijn dat het nog een beetje het wilde westen is; de overheid heeft geen bemoeienis met initiatiefnemers, tot het moment dat ze wel moet. Zoals in het geval van Airbnb dat uit de hand dreigde te lopen in bijvoorbeeld Amsterdam. Ik merkte zelf dat ik de vertrouwenskwestie heel belangrijk vind en dit is nu pas een klein beetje gegroeid. Je moet je buren vertrouwen die jouw auto lenen (gaan ze geen overval plegen met jouw auto?), je moet de bemiddelaar vertrouwen dat ‘ie de afspraken nakomt (krijg ik schade vergoed?) en goed en veilig met jouw gegevens omgaat. En daarbij is het ook nog best een geregel, bijvoorbeeld om met de lener af te spreken voor ophalen en brengen.

Al met al blijf ik doorgaan met uitlenen van mijn auto via Snappcar en ik zal ook weer eens wat vaker in de Peerby-app kijken of ik iemand ergens mee kan helpen. Samen maken we de wereld een stukje mooier!

Bingen voor alles, ook boeken (?)

Bingen voor alles, ook boeken (?)

Bingen, sinds de komst van Netflix in Nederland, dé natte droom van elke uitgever. Oorspronkelijk voor het in één ruk uitkijken van series. Je ziet het B-woord nu ook opduiken voor lezen. Maar gaat dat werken? Nog oorspronkelijker staat bingen voor je halfdood drinken of eten. Of netter gezegd: de onmatige consumptie van drank of voedsel.

Bingen door goede cliffhangers

Goede series zijn, als het goed is, verslavend. Met een cliffhanger aan het eind van elk deel. Dat geldt niet alleen voor tv-series maar ook voor boeken. Je neemt je voor om 1 aflevering te kijken of hoofdstuk te lezen. En voor je het weet, ben je een paar uur later bij aflevering of hoofdstuk zoveel. Dat is wat een knaller van een cliffhanger met ons doet. Je. moet. NU. weten. hoe. het. afloopt. Als je wilt weten hoe het komt dat je steeds verder wilt kijken, lees dan Hooked van Nir Eyal (of een eerdere Weekly Mints waarin ik het proces kort beschreef). Dit is hét handboek voor hoe bedrijven als Netflix en Facebook je verslaafd (hooked) maken. Of hoe je van gebruik een gewoonte maakt. Dat klinkt wat aardiger dan verslaafd.

Hoe nieuw is bingen eigenlijk?

Vroeger heette bingen volgens mij ‘gewoon’ marathonkijken, dan sprak je af met vrienden om bij iemand thuis een aantal films achter elkaar te kijken. Volgens mij hoefde het niet eens een bepaalde serie te zijn. Of wat denk je van nog verder terug. Het feuilleton?

Meegaan in het ritme van de consument

Ook uitgevers van boeken hoor je er tegenwoordig over, deze heilige graal. De consument wil steeds sneller en meer (bingen dus) en daar moet je in meegaan. Meegaan in het ritme van de consument las ik laatst ergens. Voor de schrijvers, de makers (of zo je wilt: leveranciers) van de inhoud, lijkt mij dit een ondoenlijke klus. Meer dan één boek per jaar schrijven. #hoedan?

Verslingerd aan lezen

Van jongs af aan verslond ik al boeken. Daar zaten ook veel van dezelfde schrijvers tussen, of misschien wel van dezelfde uitgever (ik was lid van de Lemniscaatclub). Dick Bruna voor de eerste ‘zelf lezen!’-boekjes. Daarna Evert Hartman, Thea Beckman, Jan Terlouw en Roald Dahl. Ik kon er geen genoeg van krijgen. Nog later kwam Harry Potter, waarvoor ik zelfs een tentamen uitstelde. Ik moest namelijk weten hoe het afliep. Dit waren overigens allemaal boeken, series of niet, waarbij je geduldig moest wachten tot de volgende uitkwam. Op dit moment ben ik verslingerd aan de thrillerserie van Angela Mason waarin Kim Stone de hoofdpersoon is. Het begon door een sneak preview op boekensite Hebban van de Nederlandse vertaling van het eerste boek uit de serie: Stille Schreeuw. En als je er dan achter komt dat de hele serie in het Engels voor weinig als ebook te koop is, tja…. Vrees dat ik zelf mijn hele lezende leven een binger ben, zonder het te weten.

Gaat bingen ons redden van de ontlezing?

Op KVBBoek zijn interessante cijfers te vinden over ons leesgedrag. Hoopvol vind ik dat 93% van de lezers tenminste 1 boek heeft gelezen in de afgelopen 12 maanden. Ook de leesfrequentie neemt toe. 33% van de lezers leest iedere dag een boek ten opzichte van 30% een jaar ervoor. En luisterboeken? Die worden zelfs populairder. Dat aantal steeg van 12% in 2017 naar 18% in 2019. En bijna de helft van de luisteraars is jonger dan 35. Hup voor het boek! Hou die stijgende lijn vast en zorg ervoor dat iedereen van lezen een gewoonte maakt. Maak heel Nederland verslaafd aan (luister)lezen.

Lezen is goed voor je!

De Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlands Boek (CPNB) presenteerde in maart 2019 ‘De impact van het boek’. Een onderzoek, of studie zoals zij het zelf noemen, gedaan door drie bureaus in opdracht van KVB Boekwerk. Misschien een beetje in de categorie “Wij van WC-eend…”. Evengoed is het een positief en hoopvol rapport. Lezen is goed voor mens en samenleving. Amen. Ze vatten de de studie zelf als volgt samen:

Lezers hebben een positiever zelfbeeld en zijn competentere werknemers. Lezen is goed voor de samenleving: lezers hebben minder vooroordelen en kijken meer om naar de ander. Boekhandels vergroten de leefbaarheid in hun buurt. Andere winkels profiteren van de iconische en culturele status van de boekhandel. De toegevoegde waarde van het boekenvak aan de Nederlandse economie is zo’n kwart miljard, met een omzet van een half miljard.

Nog ééntje dan

Een goede serie is nooit weg, of het nu een televisie- of boekenserie is. Je bent gewoon fan. Je wilt alles lezen en zien. Of dat nu het B-predicaat heeft of niet.

 

Photo by Skyler Gerald on Unsplash

Podcast #05 De Nieuwe Waarheid

Podcast #05 De Nieuwe Waarheid

In deze aflevering hadden we Peter van der Graaf, partner en SEO & reputatiemanagement specialist bij Booming als gast. We gingen het hebben over de Nieuwe Waarheid, manipulatie en micro-targeting.

Het liep uiteindelijk, zoals dat wel vaker gaat met gesprekken, nèt even wat anders. Het hoofdonderwerp bleef, de Nieuwe Waarheid en wat Peter daarmee bedoelde. We spraken over manipulatie, nepnieuws (wat een lachertje is als je het over manipulatie hebt), mediawijsheid en hoe onderbelicht dat is, monopolisten en meer.

Én, het allermooiste, we kwamen zelfs op oplossingen voor problemen zoals manipulatie en privacy in het tijdperk dat vergeven is van technologie waar we eigenlijk maar weinig van snappen. Helaas kwamen we ook tot de conclusie dat we nooit dé waarheid gaan vinden, de vraag is ook of je dit wel wilt. Luister snel naar de nieuwste Savvy Ladies podcast!

We geven je in deze notes een paar interessante linkjes mee gerelateerd aan de dingen waar we over spraken.

We beloven ook snel te schrijven over hoe je nu slimmer met de tsunami aan nieuwsberichten om kunt gaan. Hoe je enigszins kunt herkennen, en voorkomen, dat je gemanipuleerd wordt. Wat alle initiatieven om de burger te beschermen nu eigenlijk inhouden, wat blockchaintechnologie is en welke rol het kan spelen in dit verhaal. De vraag of we ons misschien niet druk maken om de verkeerde dingen en meer.

Nepnieuws & beïnvloeding

Blockchain

  • De NOS heeft er een begrijpelijk stuk over, inclusief filmpje

Interview met brigade-generaal Rietdijk en reacties hierop over de online technieken die worden ingezet voor (subtiele) oorlogsvoering

‘De vijand slaapt nooit en kan zomaar in uw smartphone zitten’

‘Nieuwe organisatie nodig tegen beïnvloeding van buitenaf’

 

21 ideeën voor een beter internet (€ de Volkskrant)

Over meegroeien met veranderend gedrag

Over meegroeien met veranderend gedrag

[wp_time_to_read]

Op de site van Nederlands MediaNieuws vond ik een bericht met de titel ‘De Persgroep gaat dagbladen publiceren in Virtual Reality – einde van de papieren krant’.

Néééé!

Een titel waarvan ik meteen dacht ‘hè get, nee toch?’. Gelukkig was het ‘gewoon’ clickbait. Want waar gaat het artikel over? Het gaat over De Persgroep die campagne voert. Ze wil laten zien dat ze zowel de digitale wereld als het printproduct omarmt. Volgens CEO van Thillo is het echt beide, Hij gelooft in het printproduct dagblad. Dat vind ik toch wel een geruststelling. Ik ben gek op papier.

Briljante filmpjes

Voor de filmpjes ben ik echt ‘gevallen’. Een filmpje over een real-life adblocker (TBWA) en een ‘promo’ filmpje van de krant in Virtual Reality (gemaakt door Natwerk).

Live Adblocking

Whatever the format, news will always grab your attention

Het draait om aandacht

Nu denk ik dat het laatste filmpje zelfs nu al mogelijk zou zijn, of in ieder geval bijna, met alle snelle ontwikkelingen. Het kost een bom duiten en het sluit je nog meer af van je omgeving dan nu al gebeurt als je aan het phubben bent op je telefoon. Daarbij is het ook de vraag of je dit wilt, als krant en als mens. Gelukkig zegt Willem-Albert Bol, Manager Marketing Advertising bij de Persgroep Nederland dat zij, met het laatste filmpje (een mockumentary, een documentaire met een twist) willen laten zien dat ze nieuwe technologie omarmen maar dat dat geen doel op zich is. De persgroep wil “laten zien dat nieuws, in welke vorm dan ook, altijd aandacht krijgt.”

Ook ik ben gek op nieuwe technologie, maar niet met alles. Voor nu zie ik nog niet helemaal wat virtual reality überhaupt aan mijn leven zou toevoegen. Maar hé, niets veranderlijker dan de mens toch?